Soms kom je merkenkwesties tegen waardoor je even vergeet dat een merkinbreuk grote en serieuze gevolgen kan hebben. Zo ook in deze oppositie tussen twee eenhoorns, die zo gemaakt zijn dat ze, zoals de Japanners dat noemen, ‘kawaii’ zijn (schattig, likeable). Hier speelt ook wel mee dat al direct duidelijk is dat van een gelijkenis tussen de merken geen sprake is.
Het Europese merkenbureau moet echter wel alle onderdelen door en komt met een ruime beschrijving van de merken in kwestie: welke elementen de merken bevatten en hoe de merken zijn opgebouwd. Dan volgt de vergelijking, en die is een stuk korter: visueel zijn het twee afbeeldingen van figuren met een hoorn. Daar mee is al wel veel gezegd, qua vorm en uitdrukking verschillen de tekens. De merkeninstantie komt tot de conclusie dat de merken visueel geringe mate overeenstemmen. Conceptueel is wel gelijkenis: beide zijn het figuren met een eenhoorn.
Tenslotte volgt de beantwoording van de vraag of risico van verwarring kan ontstaan. Is de gelijkenis tussen de tekens dusdanig groot dat er risico van verwarring is? Nee, daarvoor zijn de merken fundamenteel anders, vindt het Europese merkenbureau. De vrolijke figuurtjes mogen en kunnen dus prima naast elkaar bestaan.